Het onderwerp afval staat momenteel op veel agenda's en hergebruik neemt vele soorten vormen aan. Je kunt het zo gek niet bedenken of het wordt hergebruikt: schoenen gemaakt van afgedankte visnetten, sinaasappelschillen die worden omgevormd tot hoesjes voor mobiele telefoons,… Dit wordt vooral ingegeven door duurzaamheidsaspiraties, waarbij je het gebruik van afvalmaterialen ook in de bouwwereld aantreft, en dat al veel langer dan vandaag.
In de architectuur is afval relevant. Al sinds mensenheugenis worden huizen gebouwd van andere huizen. Hergebruik staat centraal, ook in de hedendaagse tijd. In New York zie je bijvoorbeeld een project als High Line dat gebouwd is op een oude spoorweg. Bij de Tate Modern in Londen merk je dan weer dat het hier in het verleden ging om oude turbinehallen. Het lijstje hergebruik is schier eindeloos.
In Scandinavië bestaat deze cultuur van hergebruik van gebouwen eveneens. Een mooi voorbeeld is het hoofdkantoor van SKF in Göteborg, dat in 2020 is gebouwd. In Scandinavië hebben we ook de Deense sterarchitect Anders Lendager, die naam maakte door het hergebruik van tegels voor gevels van gebouwen.
Het hoofdkantoor van SKF in Göteborg door Liljewall Architects. 88 % van de constructie werd gemaakt van gerecycleerde materialen.
Overal in Scandinavië worden initiatieven genomen. In Noorwegen is er Futurebuilt (www.futurebuilt.no), in Finland Recreate (https://recreate-project.eu/) en in Denemarken (p)recast (https://www.dti.dk/projects/p-recast/43887).
In 2021 werd in Zweden het project van Återhus geïntroduceerd. Dit project wil nieuwe instrumenten ontwikkelen om de overgang naar circulair bouwen te versnellen, met name voor het hergebruik van bouwonderdelen in nieuwe gebouwen. Het concept wordt voornamelijk gefinancierd door Vinnova, het Zweedse innovatieagentschap van de overheid. Acht denktanks kwamen tot enkele conclusies voor de toekomst. De gemeenschappelijke noemer met de andere Scandinavische initiatieven bleek te zijn dat er moet worden gesproken over nieuwe wetgeving, kwaliteitscontrole, testen, bedrijfsmodellen, enzovoort.
© Jan Suchorzewski
Jan Suchorzewski, onderzoeker en unit-manager bij het onderzoeksinstituut RISE, leidde twee van deze werkgroepen in Återhus. Hij stelt dat hij tevreden is met het resultaat: "In werkprojecten die ik leidde, merkten we dat de degradatie van beton van huizen uit de jaren 70 en 80 veel lager was dan verwacht. We stelden ook vast dat de regelgeving en wetgeving voor architectuur voor adaptief hergebruik helemaal niet was aangepast, maar we gaan wel met volle kracht die kant op.”
Waarom staat architectuur voor adaptief hergebruik vandaag op de agenda? Natuurlijk gebeurt dit niet zomaar en zijn er meerdere redenen. Duurzaamheid wordt als belangrijkste factor genoemd. De bouwsector produceert meer dan 20% van de kooldioxide-uitstoot in een land als Zweden. Door geen nieuwe materialen te gebruiken zal de uitstoot lager zijn.
Er wordt tevens gesproken over kostenbesparingen, hoewel dat geen belangrijke reden is. In sommige gevallen kan aanpassingsarchitectuur zelfs kosteneffectiever zijn dan nieuwbouw. Herbestemming van een bestaande structuur kan de noodzaak voor nieuwe funderingen, skeletbouw en andere dure bouwelementen wegnemen. Bovendien kan adaptief hergebruik vaak sneller worden afgerond dan nieuwbouw, wat kan resulteren in kostenbesparingen.
Hållbarhetshuset bij Haga Norra in Stockholm door Fabege. Het huis werd genomineerd voor de prijs ‘Gebouw van het jaar 2023’. Het huis bestaat voor 70% uit gerecycleerde materialen.
Een derde reden heeft een meer cultureel perspectief. Adaptieve hergebruikarchitectuur kan het oude gebouw als landmark laten staan, maar met nieuwe functionaliteiten. Het voorbeeld van Tate Modern schiet me weer te binnen. Duurzaam ontwerper Emma Olbers is verantwoordelijk voor de verbouwing van het Ersta ziekenhuis in Stockholm. Zij maakt het gebouw zo duurzaam mogelijk en hergebruikt bijvoorbeeld de bomen die voor de nieuwbouw zijn gekapt.
"Ik denk dat veel mensen een historische band met een gebouw willen hebben. In de toekomst zullen we misschien allemaal zeggen dat we een muur hebben van de ontmantelde blokken van Klara (in Stockholm)", verduidelijkt Emma Olbers.
© Alexander Lagergren
We vroegen een van de oprichters van Återhus waarom dit concept nu de kop opsteekt.
"Het produceren van nieuwe dingen was sinds het industriële tijdperk te goedkoop. We zitten nu in een verschuiving van materialen naar diensten (waar hergebruik er één van is). Tegenwoordig is er een tekort aan grondstoffen en is het politiek discours wankel. Onzekere leveringen en vooral de VN en de EU drijven de verandering voor een duurzame gemeenschap", zegt Jelena Mijanovic, een van de oprichters van Återhus.
Het concept van adaptieve hergebruikarchitectuur klinkt heel mooi, maar er zijn wel twijfels. Zo is er bijvoorbeeld sprake van een twijfelachtige structurele integriteit wanneer oudere gebouwen hun nieuwe functie mogelijk niet aankunnen, wat aanleiding kan geven tot hoge kosten en tijdverlies. Sommigen beweren dat het aanpassen van een oud gebouw voor een nieuw gebruik de historische betekenis ervan in gevaar brengt. Als een gebouw bijvoorbeeld een belangrijke culturele of architecturale waarde heeft, vinden sommigen dat het in zijn oorspronkelijke vorm behouden moet blijven in plaats van te worden aangepast voor een nieuw doel. Is het wel echt nodig om van een kerk een coworkingruimte te maken?
En tot slot: hoewel architectuur voor aangepast hergebruik een duurzame manier kan zijn om een ouder gebouw een nieuwe bestemming te geven, is het niet altijd de meest duurzame optie. Soms kan het energie-efficiënter zijn om een nieuw, energie-efficiënt gebouw van de grond af op te bouwen in plaats van een ouder gebouw aan te passen.
© Charlie Gullström
Charlie Gullström, directeur innovatie en onderzoek bij Sweco Architects, houdt zich ook bezig met de complexiteit van het gebruik van afval in architecturale ontwerpprojecten. Zij beaamt dat er momenteel een verschuiving plaatsvindt en dat alle spelers hier meer bij betrokken raken. Er zijn een paar nieuwe instrumenten die architecten tot hun beschikking hebben om de impact van de koolstofkosten te monitoren, zoals Sweco's bekroonde ‘Koolstofkostenkompas’, en er worden er nog meer ontwikkeld. Sweco's Hotel Blique in Stockholm, bijvoorbeeld, bespaart zowel kosten als koolstof door adaptief hergebruik, met cijfers van 230 CO2e en 750€ per vierkante meter.
Het hotel Blique by Nobis in Stockholm, ontworpen door Sweco Architecten in 2019. Adaptief hergebruik van het kantoorgebouw van architect Sigurd Lewerentz voor Philips uit 1930. Alle ramen zijn hergebruikt en voorzien van nieuwe glaspartijen. © Jeanette Hägglund
"Een van de belangrijkste kwesties vandaag is de aanvaarding dat we niet kunnen doorgaan met business as usual. Dit is fundamenteel en we moeten onze aanpak voortdurend in vraag stellen. Dit vereist dat zorgvuldig wordt bekeken hoe adaptief en regeneratief ontwerp op hoog niveau in het beleid wordt opgenomen en vervolgens in regelgevingskaders wordt geïmplementeerd en in de praktijk wordt toegepast”, stelt Charlie Gullström. “Dit vereist samenwerking, opleiding, testen en vervolgens terugkoppeling naar het beleid. Als we bijvoorbeeld hout hergebruiken voor een gevel, moeten we weten of het duurzaam is voor generaties of moeten we later nieuwe of alternatieve oplossingen vinden? Ik vind dat gemeenten meer engagement moeten tonen om experimenten mogelijk te maken en het beleid te helpen heroverwegen. We worden nu geconfronteerd met een nieuwe reeks vragen in de bouwsector en de uitdaging is hoe we die, als team, uitgebreid kunnen beantwoorden.”
Dit is een door Jan Hoffman vertaalde en bewerkte tekst van auteur Stefan Nilsson